Baldric J. Frost |
Het was op vroege mistige en druilerige donderdag ochtend 8 augustus 1656 in Liverpool. Dat zijn van die dagen die je niet |
verwacht in augustus. Misschien was dit wel een voorbode van hoe mijn leven er voor de rest uit zou zien. |
Op deze druilerige ochtend schonk Edith Frost-Turner de echtgenote van Sebatian Frost bij dit prille ontluikende licht het |
leven aan een zoon. Jonathan zoals ik genoemd werd kwam in het warme nest met nog twee oudere broers Adam en Richard |
genaamd van het geslacht Frost terecht. Jonathan werd John en de begin jaren van mijn jeugd verliepen zorgloos, altijd |
optrekkende met Adam en Richard . Totdat mijn moeder Edith Frost-Turner zwanger raakte. Deze zwangerschap verliep niet |
voorspoedig en zowel moeder als dochter Mary-Louise kwamen enkele weken na de bevalling op tragische wijze te overlijden. |
Hierdoor zag ik Sebastian Frost met de dag veranderen. Verbittert als hij was raakte hij aan de drank. Zijn gezin werd uit |
uit elkaar gerukt door drank en geweld. Hij kon het niet verdragen dat zijn geliefde de doodsstrijd niet had kunnen winnen. |
Samen met mijn broers werden we alle drie rond 17 jaar uit huis getrapt en leden een zwervend bestaan. |
Nu stond het geslacht Frost erom bekend dat er altijd wel een zoon des huizes aan de roep van zee gehoor te gaf. |
Dat was wel een logisch logisch feit omdat Liverpool groeide als havenstad dankzij de handel naar de Caraïben, Ierland en |
het vasteland van Europa. |
Liverpool was een druk bevaren haven. Altijd was er wel bedrijvigheid, ook in Liverpool zelf. Vandaar dat deze onbeschrijfelijke |
drang te varen hier het meest logische was in het geslacht Frost. Een drang die ik later maar al te duidelijk kreeg |
voorgeschoteld. Nu was dit een overduidelijke vlucht. Voor zowel mezelf als ook voor Adam en Richard. |
Ik monsterde aan bij een schip waarvan ik de naam als door een windvlaag ben vergeten. Ik leefde in een roes. |
Adam en Richard wilden meer avontuur en dachten een volwassen keuze te maken door aan te monsteren bij de "Nantucket" |
voor de walvisvaart bij Patagonië . Ik, Jonathan werd nu voorgoed John Frost en voer naar de Caribbean met als einddoel |
Port Royal waar het avontuur op me wachtte. Jaren zwervend door de straten van deze onstuimige stad van gevaar maar |
ook van drank , geld en veel sieraden. Totdat op die ene dag daar hangend aan de bar van “ The full barrel ”, starend |
starend naar de zee een wel heel bekende stem hoorde . Het was alsof ik in de tijd terug werd geworpen en een stem |
hoorde zeggen: “John hey John ouwe makker, wat brengt jouw hier in dit door God vergeten gat ? |
We raakte al gauw aan de praat en Thomas Murphy keek me recht in de ogen en herhaalde de woorden die hij vroeger |
ooit eens als jeugdvriend tegen me zei: “John als je ooit verlegen zit om avontuur of beproevingen………...! ” |
Dit was als een magische kracht die ik eerder had gevoeld. Nu kwam hij weer met dezelfde stellige woorden en |
keek me weer recht in de ogen. |
Het was dat ik frisse zilte overweldige zeelucht rook vanuit de openstaande ramen. |
En hierom dat ik besloot om bij Thomas aan te monsteren. |
De bijnaam Baldric kreeg ik om mijn voorkeur voor wapens gedragen in mijn riem. Het is een oude naam in Engeand |
veel gebruikt en betekent dappere strijder en eider. Baldric is ook een verbastering van de naam Richard. |
(naar mijn Broer die het leven liet tijdens de walvisvaart) |
Copyrights pictures and story: Dutch Pirates - Baldric J. Frost
|